Kon het maar altijd zijn hoe het nu is. Tussen welkom en al begonnen. Het academiejaar is voorbij de start, maar nog niet voorbij het eind van het begin. Vragen uit beleefdheid over je vakantie zullen niet meer komen en ook jijzelf toont geen interesse meer in de vakantiequeeste van je medestudenten. De drukte op de campus neemt alweer af en het is opnieuw mogelijk te fietsen in de fietsenstallingen. Alle nieuwe dingen zijn niet meer nieuw, maar ook nog niet oud (bijvoorbeeld Gebouw P, zie p. 9). De herfst laat bladeren vallen terwijl verdwaalde zonnestralen onze smalltalk helpen vullen met “Mooi weer vandaag, he?” De eerste paradox is de lippen van je prof al gepasseerd, je eerste gele markeerstift al gevallen. De hele ‘hallo, welkom’-heisa ligt achter ons, deadlines en examens ver voor ons. Het zwaard van Damocles staat nog in de kast.